Vrijmetselaar worden
Als jonge maçon stel ik me soms de vraag hoe ik aan een hartsvriend zal uitleggen wat het betekent om vrijmetselaar te zijn. Het moment dat ik gevraagd werd staat me nog scherp voor de geest: het was een opluchting dat dat gebeurde met termen die ik begreep, verweven met maçonnieke (en dus te ontdekken) woorden. Daarom deze poging om niet te veel in “onze” taal te vervallen.
Elke week scheppen we de voorwaarden om een zoektocht verder te zetten. Die voorwaarden omvatten een plaats, een diverse groep leden, een onderwerp, voorwerpen. De plaats is een gedecoreerde ruimte die onze aandacht uitdaagt, met voorwerpen die prominent aanwezig zijn en grotendeels onaangeraakt blijven. De leden zitten strategisch in de ruimte volgens maçonnieke anciënniteit. Een tiental ervaren rotten geeft het ritme van de samenkomst aan volgens een vaststaand scenario. Een spreker die ook vrijmetselaar is, deelt met ons inzichten vanuit een adogmatisch standpunt. Terwijl we de spreker aanhoren, behouden we de sereniteit van het vrije denken en bereiden we mentaal en individueel een eventuele, respectvolle vraag of bemerking voor.
We zijn mens tussen de mensen, maar laten de profane wereld achter ons en vinden een onderling verbond door gedeelde waarden en principes. Die worden elke week herinnerd in ritualen die handelingen en taalgebruik voorschrijven. Een gedragscode, die bestaat uit symbolen uit verre verledens en wijsheden. De symbolen worden in groep uitgelegd en getriggerd, en die oefening is uiterst persoonlijk. Geen enkele vrijmetselaar zal een symbool uitleggen in de naam van de hele maçonnerie, en geen enkele maçon bewandelt een gedwongen pad.
Waarom dan zo “geheimzinnig”? Er is geen geheim over de maçonnerie (mooie, geloofwaardige boeken erover zijn talrijk), wel heerst er een aan elkaar beloofde discretie. Een eerste reden: we geven elkaar vertrouwen, openheid en recht van spreken volgens de gedragscodes. Die codes beginnen vanuit een diep respect voor elkaar, voor zichzelf en voor de maçonnieke traditie. Geen niet-ingewijde kan dit precies plaatsen, omdat het meer een actieve zoektocht is dan een definitie. Een tweede reden: we stellen ons in onze ledenkring zeer bescheiden op. De uitdagingen en de chaos van de profane wereld verlaten we even, om in de rust van onze “werkplaats” een beter mens te worden, die die verbetering wil toepassen in de dagdagelijkse realiteit. Iedereen die zich daarin vindt, is welkom.
Dankzij die discretie leer ik mezelf kennen. Een actieve “zelf” in een groep die mijn reflecties betekenis geeft. Niet om de aandacht op mezelf te trekken, eerder op het groeiproces waarbij de uitdieping van symbolen en ritualen een gemene deler zijn van leden die ermee aan de slag gaan. Dat zijn de voorwaarden.